Lang niet iedereen kan programmeren. Wanneer je het wel wilt leren, moet je er meer over weten. Er zijn namelijk verschillende manieren waarop geprogrammeerd kan worden. De verschillende programmeertalen worden namelijk op verschillende manieren toegepast en kunnen ook voor andere doeleinden gebruikt worden. Er zijn er een aantal heel populair. Een daarvan is Ruby. Dit is geen heel bekende taal, maar wel toegankelijk. Het is namelijk helemaal gericht op simpliciteit en handig voor onder andere apps. Dat deze taal open source is, is het grote voordeel van de taal.
De talen met een toekomst
Een van de oudste talen is C. Het is namelijk al in de jaren ’70 ontwikkeld en wordt vandaag de dag nog voor bijna alles gebruikt. De veelzijdige toepassingen, zoals bijvoorbeeld voor besturingssystemen, werkt mee aan de populariteit. Ook Shell is goed te gebruiken. Het managen van bestanden en processen wordt hiermee namelijk aangedreven. Het is dus niet zo vreemd om te bedenken dat ook deze programmeertaal vaak gebruikt wordt. Beide programmeertalen zullen dankzij de toepassingen ook nog een langere tijd van toepassing gaan zijn en niet snel verdwijnen. Programmeurs zullen deze talen dus ook nog altijd leren tijdens de opleidingen.
Van populair tot de meest gehate
Ook C++ is een gouwe ouwe. Ondanks dat deze programmeertaal al heel wat jaren wordt gebruikt, is het niet een taal die door beginners niet direct beheerst wordt. Het is namelijk de taal voor verschillende besturingssystemen, browsers en games. Wanneer je aan de slag wilt gaan met een van de meest gehate programmeertalen, dan moet je bij PHP zijn. De complexiteit die deze taal bezit in combinatie met de beveiligingsgaten zorgt ervoor dat de meeste mensen deze het liefst over willen slaan. Wil je het makkelijker maken? Dan moet je naar JavaScript gaan kijken.